Één met de natuur…schiet ze kapot!
Ergens in september was ik aan het werk in de moestuin toen ik werd overvallen door het geluid van wat eerst een paar tientallen en uiteindelijk zeker honderden ganzen bleken te zijn. In een perfecte v-formatie trokken ze gakkend over mijn huis en tuin, van het ene akkerveld naar het andere. De start van de migratie. ’s Avonds en in de vroege ochtend zag ik akkers vol ganzen…een indrukwekkend en prachtig gezicht. Maar blijkbaar is niet iedereen het daarmee eens, zo las ik vorige week in het AD. In Brabant willen ze het komende jaar maar liefst 56.000 grauwe ganzen afschieten, omdat ze “overlast” veroorzaken.
Overlast? Ik heb nog nooit een gans betrapt op het midden in de nacht draaien van keiharde kutmuziek, schreeuwen of roepen voor mijn deur. Dat deden mijn buren vroeger in Den Haag wel met enige regelmaat. Maar goed, de provincie Brabant heeft het over een andere vorm van overlast. Volgens hen veroorzaken de grauwe ganzen schade aan gewassen, verstoren ze het vliegverkeer, vervuilen ze zwemwater en kunnen ze vogelgriep verspreiden. Om jagers te stimuleren meer ganzen af te schieten, heeft de provincie besloten samen te werken met twee poeliers, waaronder Gansch Anders. Met een budget van 60.000 euro wil Brabant ervoor zorgen dat de afgeschoten ganzen rendabel wordt verwerkt, in producten zoals bitterballen en kroketten. Het doel? De ganzenpopulatie terugbrengen van zo’n 50.000 tot 10.000 in 2027 en de jaarlijkse schade aan gewassen beperken tot 36.000 euro.
Aha…dus het lijkt de provincie vooral te gaan om overlast van een financiële aard. Nu snap ik best dat ganzen soms voor ongemak zorgen. In Den Haag zag ik ze ook overal in de stad, vooral in het broedseizoen. Ik herinner me nog goed dat ik een keer vroeg in de ochtend de hond uitliet en een gans bovenop een appartementengebouw zag staan. Luid gakkend en zijn vleugels uitslaand alsof hij zijn territorium verdedigde of indruk probeerde te maken op zijn partner. Een gigantisch kabaal, en ik grinnikte bij de gedachte dat iemand daaronder misschien wakker lag. Maar dan gebruik je oordoppen zodat je er minder last van hebt, je gaat dan niet met een shot gun het dak op om de gans af te schieten. Sterker nog, dan komt er gewoon een politiebusje langs, maar wanneer de gewassen van de boerden worden aangetast mogen de jachtgeweren ingezet worden. Een beetje hypocriet niet…Brabant…massamoord plegen terwijl je het perfecte klimaat hebt gecreëerd voor deze vogels!
Nederland is namelijk een paradijs voor ganzen en dat hebben we geheel aan onszelf te danken. Ons landschap is een perfecte mix van water, weilanden en akkers, een soort all-you-can-eat buffet voor vogels. Ons milde klimaat maakt het alleen maar aantrekkelijker: terwijl het noorden van Europa vastzit in sneeuw en ijs, blijven onze wateren vaak gezellig ijsvrij. Voeg daar beschermde natuurgebieden zoals de Oostvaardersplassen aan toe, en je snapt waarom de gans het hier wel prima voor elkaar heeft. Bovendien liggen we precies op hun trekroute, de Oost-Atlantische Flyway. Kortom, Nederland is hét Airbnb voor ganzen geworden. Ze hebben hier geen natuurlijke vijanden, nauwelijks stress en alle comfort die ze zich kunnen wensen. Wij hebben van Nederland een toevluchtsoord gemaakt, en dan vinden we het gek dat ze hier blijven plakken? Wat zegt dat over ons als we daar vervolgens boos om worden? Wij mensen vinden wilde dieren leuk, zolang ze ons niet te vaak voor de voeten lopen en onze manier van leven niet te veel verstoren. Wij mensen hebben daar een term voor bedacht: het plaagdier.
Ik haat meeuwen
Ik haat meeuwen. Kijk, op het strand zijn ze nog wel geinig, maar tegenwoordig trekken die motherfuckers massaal de stad in. En ik vind dat fakking irritant...
Dit zijn niet mijn woorden, maar die van Arjen Lubach in een item over meeuwen in zijn laatste week bij de NPO. Ik keek, wachtend op de satirische twist, het moraal van het verhaal, een beetje nuance misschien? Maar nee, dat kwam niet. Het hele item bleek vooral een aaneenschakeling van "grappige" filmpjes en random uitspraken waarin hij meeuwen neerzette als kutbeesten die niet in "zijn" stad thuishoren. Voor iemand met zoveel bereik en invloed vond ik het behoorlijk teleurstellend. Misschien denk je: "Ah joh, doe niet zo moeilijk, het is toch satire?" Maar voor mij voelde het als een ongefilterde haatcampagne, waarin de verantwoordelijkheid om nuance aan te brengen compleet ontbrak.
Terwijl ik dit item keek moest ik denken aan mijn tijd op de dierenambulance in Den Haag. Zo lang en zo vaak heb ik daar niet op gereden als vrijwilliger. Ik reed één keer per week in een periode van 9 maanden, maar de meest voorkomende melding was die van aangereden meeuwen. Iets waar ik praktisch iedere keer dat ik reed mee te maken kreeg. De allereerste keer dat ik meereed op de dierenambulance met een zeer ervaren chauffeur, hadden we in één rit iets van vijf aangereden meeuwen. Vaak met een gebroken vleugel tot gevolg met als enige remedie euthanasie bij de dierenarts. De allereerste keer dat ik een meeuw moest laten inslapen heb ik gehuild. Ik aaide het kopje zoals ik ook met mijn katten en honden ooit gedaan heb. Om in die laatste momenten toch nog iets van warmte of genegenheid te bieden. Ik keek toen voor het eerst in de ogen van een meeuw en zag een individu, een blik die me niet los zou laten en ik nu ook weer voor me zien terwijl ik dit schrijf. Twintig jaar lang heb ik in Den Haag rond gereden zonder een meeuw, duif, kraai of kauwtje te hebben aangereden. Tijdens die rit vroeg ik dan ook hoe het mogelijk is dat er zoveel meldingen van aangereden meeuwen voorbij komen. Omdat mensen een hekel hebben aan meeuwen was het antwoord. In plaats van te remmen rijdt men door en geeft misschien zelfs wel extra gas. Kutmeeuwen…die je wakker houden vroeg in de ochtend op de platte Haagse dakken, vuilniszakken kapotscheuren en patat en vis stelen van nietsvermoedende toeristen.
Die gedachte, dat sommige mensen bewust niet remmen voor een dier, gaf me koude rillingen. Natuurlijk gebeuren er ongelukken, maar ik kon het idee niet loslaten dat de haat tegen meeuwen mogelijk zorgt voor extra slachtoffers. Kan ik dit bewijzen? Nee. De dierenambulance komt, haalt de meeuw van de weg, en brengt hem naar de dierenarts of vogelopvang, waar ze proberen te redden wat er te redden valt. Er wordt geen onderzoek gedaan. Geen politie die de plek afzet, zoals ze dat wel zouden doen bij een aanrijding met een fietser. Maar kijk naar dat item van Lubach en bekijk de reacties. Het is duidelijk: meeuwen zijn gehaat. Ze zijn de mens tot last en vallen daarom soms in de door ons bedachte categorie “plaagdieren”. Er is een woord voor deze manier van denken…speciësisme.
Gelijkheid voor allen…met uitzondering van…
Peter Singer bracht de term speciesisme naar de voorgrond in zijn boek Animal Liberation. Het concept raakt een fundamenteel probleem: wij, mensen, plaatsen onszelf boven alle andere dieren, simpelweg omdat we mens zijn. Dat superioriteitsgevoel rechtvaardigt volgens ons het opsluiten, uitbuiten en doden van dieren. Een kip, een koe of een gans? Geen individuen, maar middelen voor ons gemak.
Speciesisme is niets anders dan discriminatie. Net als racisme of seksisme is het een vorm van ongelijkheid gebaseerd op willekeur. Het idee dat wij als mensen belangrijker zijn dan elk ander wezen, is niet meer dan een excuus om door te gaan met het uitbuiten van de wereld om ons heen. Waarom vinden wij dat een mensenleven waardevoller is dan dat van een ander levend wezen? Waarom is het leven van een mens meer waard dan dat van een gans of meeuw?
Het stoppen van speciesisme begint met erkennen dat we dieren niet langer kunnen behandelen als producten of obstakels, maar als mede-bewoners van deze planeet. Zij hebben net zo goed recht op leven als wij.
Nog even terug naar het specistische item van Arjen Lubach over meeuwen. Verander de meeuw in een willekeurige cultureel diverse groepering binnen onze maatschappij en je weet dat het een storm van kritiek zou opleveren. Terecht. Maar omdat het over dieren gaat, lijkt het opeens legitiem. Net zoals het voor de provincie Brabant blijkbaar legitiem is om 56.000 ganzen af te schieten en daar bitterballen van te maken. Want ja, wij mensen hebben er last van, en niets of niemand is belangrijker dan de mens. Toch?
Ik focus in dit artikel deels op dat item van Lubach om een punt te maken. Lubach heeft met zijn programma vaak goede items gemaakt, bijvoorbeeld over de bio-industrie, waarin hij de gruwelijkheden van dat systeem inzichtelijk maakte voor een breed publiek. Maar precies daarom heb je ook een verantwoordelijkheid. Om gegrond kritiek te leveren moet je begrijpen wat het probleem precies is. Het probleem van de bio-industrie is niet dat daar dierenleed plaatsvindt, het probleem is dat wij dieren beschouwen als producten of attributen en ze niet zien als levende, voelende individuen. Met dierenleed als gevolg. We erkennen hun waarde simpelweg niet. En zolang dat zo blijft, verandert er niets.
Samenleven…mits…
Nu is er nog een ander dier wat steeds meer als een plaagdier wordt gezien…de wolf. Waarom? Omdat het schapen dood. In 2023 hebben naar schatting zo’n 1200 schapen de dood gevonden door de wolf. De mens heeft 500.000 schapen gedood in dat zelfde jaar. De mens dood het schaap 416 keer vaker. Allright, dus de mens mag schapen doden zodat we na een avond stappen in de lokale shoarmatent een broodje dood schaap kunnen eten, maar de wolf mag dat niet? Wederom een vorm van speciësisme.
Schapen worden gedood en gewassen aangevreten? Dood aan de wolf en de grauwe gans! In plaats van moeite te steken te begrijpen waarom er meer ganzen, meeuwen en wolven zijn…is dit de standaard reactie geworden. Wat dit ook zo bizar maakt is dat de dieren die we tot nu toe hebben benoemd in dit artikel een beschermde status kennen. Zowel ganzen, wolven als meeuwen zijn beschermde diersoorten. Hoe dan? Als ze ons zoveel overlast bezorgen…waarom ze dan in hemelsnaam beschermen.
Omdat deze dieren essentieel zijn voor het behoud van onze ecosystemen. Ganzen zorgen door hun graasgedrag voor open landschappen, wat andere diersoorten weer ten goede komt. Meeuwen spelen een cruciale rol als opruimers; ze houden de kust en steden schoon door afval op te ruimen dat anders zou blijven liggen. De wolf? Die is een toppredator die helpt de natuur in balans te houden door bijvoorbeeld het aantal edelherten en wilde zwijnen te reguleren. Zonder deze dieren zouden de ecosystemen waarin we leven verder uit balans raken, met schadelijke gevolgen voor onszelf en de natuur. Hun bescherming is dus geen luxe, maar noodzaak. Het probleem ligt niet bij de dieren, maar bij ons onvermogen om met ze samen te leven.
Beschermd…tenzij…
Het enige plaagdier dat we echt met recht een plaagdier kunnen noemen, zijn wijzelf. Oh, ganzen zijn zo goed voor het ecosysteem! Bescherm ze! Maar wacht even... er zijn er nu ineens teveel! Snel, hier is een vergunning, schiet ze neer! Maar niet allemaal hoor, want... eh... ze zijn beschermd. Dus… tenzij... want… mits… oh, wat boeit het ook.
Wat zijn we toch een stel kutbeesten. Alles draait altijd om wat goed is voor óns. Pas als de airco in de zomer overuren draait omdat het iets te warm wordt, vinden we klimaatverandering ineens belangrijk. Pas wanneer schokkende beelden van verwaarloosde varkens in stallen ons scherm vullen, wordt er moedig een kamervraag gesteld. Maar de kern blijft: wij zorgen voor de problemen en blijven vrolijk doormodderen. Want wat anders?
Stel je eens voor dat we, in plaats van meteen naar het geweer te grijpen, écht zouden nadenken over hoe we de balans kunnen herstellen. Niet alleen in de ganzenpopulatie, maar in hoe we überhaupt samenleven met alles om ons heen: mens, dier én natuur. Misschien hoeven we die ganzen niet af te knallen als we eens wat creatiever zouden kijken naar akkerbouw. Wat als we voedselbossen zouden aanleggen om een diverser landschap te creëren, met natuurlijke vijanden voor de gans én een gezondere manier voor onszelf om voedsel te verbouwen? Een landbouwsysteem zonder pesticiden, zonder monoculturen. Een evenwichtige samenwerking met de natuur, in plaats van een continue strijd.
Hmmm…nee…dat klinkt wel als een hele hoop gedoe eigenlijk. Echt te veel moeite. Laat maar zitten. Schiet die kutganzen maar gewoon dood.